Het wetsvoorstel ter vereenvoudiging van de bekostiging van het primair onderwijs is door naar de Tweede Kamer. De Raad van State had geen opmerkingen bij dit wetsvoorstel van onderwijsminister Arie Slob.
Het wetsvoorstel moet ervoor zorgen dat de ingewikkelde bekostiging van het primair onderwijs wordt opgebouwd uit veel minder parameters dan nu nog het geval is. Hierdoor kan de bekostiging voorspelbaarder worden, zodat schoolbesturen gemakkelijker kunnen begroten. Ook zal het dienend zijn voor het gesprek met medezeggenschapsraden en raden van toezicht, zo is de gedachte.
In het wetsvoorstel staat dat er in het primair onderwijs één basisbedrag per school en per leerling komt. Er blijft aanvullende bekostiging mogelijk voor bijvoorbeeld kleine scholen, onderwijsachterstanden en specifieke doelgroepen. Het verschil in bekostiging van leerlingen in de onder- en bovenbouw zal verdwijnen. Dat geldt ook van de gemiddeld gewogen leeftijd en het samenvoegen van personeel en materieel.
Verder voorziet het wetsvoorstel in volledige bekostiging per kalenderjaar. De vaststelling van de bekostiging gaat van drie naar twee maanden, de teldatum van 1 oktober naar 1 februari.