De voor- en vroegschoolse educatie (VVE) voldoet aan de minimale kwaliteitseisen die daaraan zijn gesteld. Dat meldt de Inspectie van het Onderwijs op basis van de jongste meting van de kwaliteit van de VVE.
De inspectie signaleert dat onderliggende kwaliteitsaspecten nog niet op orde zijn. Het gaat daarbij vooral om de proceskwaliteit van de VVE en dan met name wat betreft de educatieve kwaliteit. Deze bevinding komt volgens de inspectie overeen met resultaten van eerder inspectie-onderzoek en ander landelijk onderzoek.
Ook bij de afstemming van de doorgaande lijn is volgens de inspectie verbetering mogelijk. Bij vroegschoolse educatie kan bovendien de ouderbetrokkenheid worden verbeterd. Dan gaat het vooral om educatieve participatie van ouders, zowel thuis als op school.
Verder meldt de inspectie dat er grote verschillen zijn in kwaliteit. Dat kan te maken hebben met de mate waarin leidinggevenden daar doelgericht op sturen. Daarnaast geldt voor de kwaliteit van de voorscholen dat het gunstig kan zijn als pedagogisch medewerkers een hoger opleidingsniveau en meer ervaring hebben.
De inspectie baseert haar bevindingen op kwaliteitsonderzoek op 243 voorscholen en 72 vroegscholen.