De sectororganisaties hebben een actieplan gepresenteerd om het vak van leraar aantrekkelijker te maken. Hoewel de vakbonden de inhoud van het plan oké vinden, onderschrijven zij het niet. Naar hun mening heeft het plan te weinig aandacht voor de salarissen in het primair onderwijs en de werkdruk.
Het Actieplan duurzaam werken in het onderwijs is opgesteld door de PO-Raad en VO-raad, samen met de MBO Raad, de Vereniging van Hogescholen en de vereniging van universiteiten VSNU. Er staat onder andere in dat voor de langere termijn een integrale aanpak nodig is ‘voor een duurzame landing van instromende leraren en voor aantrekkelijke beroepen voor het zittend personeel in een regionale aanpak’.
De belangrijkste pijlers zijn het ontwikkelen van een inspirerend beroepsbeeld van de leraar, een raamplan voor het opleiden van leraren en een landelijk dekkend netwerk van educatieve regio’s, gericht op duurzame en kwalitatieve ontwikkeling van het leraarschap. Wat het inspirerende beroepsbeeld betreft, merken de opstellers van het plan op dat dit de aantrekkelijkheid van het vak voor zittende en nieuwe leraren kan vergroten. Het vormt de basis van een raamplan voor de lerarenopleidingen, dat moet zorgen voor voortdurende ontwikkeling van leraren. De gedachte achter het actieplan is dat het de personeelstekorten in het onderwijs kleiner kan maken, wat uiteindelijk ten goede zal komen aan de kwaliteit van het onderwijs.
De demissionaire onderwijsministers Ingrid van Engelshoven en Arie Slob merken op dat de uitwerking van het plan veel tijd heeft gekost. ‘Nu er een inhoudelijk gedragen voorstel ligt, is het dan ook tijd om de implementatie snel ter hand te nemen.’