De tijdelijke buitenwerkingstelling van de ketenbepaling van de Wet werk en zekerheid (WWZ) geldt in tegenstelling tot wat de PO-Raad beweert wel degelijk ook voor schoolbesturen die niet bij de sectororganisatie zijn aangesloten. De Helpdesk van VOS/ABB bevestigt uitleg hierover van collega-organisatie Verus.
Medio december werd bekend dat de ketenbepaling van de WWZ van januari tot en met maart niet van kracht is. Dit moet de invalproblematiek in het (bijzonder) onderwijs verlichten, zo staat in een brief van minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer. De kwestie heeft geen betrekking op het openbaar onderwijs, omdat de WWZ daar vooralsnog niet voor geldt.
Tijdelijke contracten
Het buiten werking stellen van de ketenbepaling betekent dat in de maanden januari, februari en maart, wanneer de ziektevervanging over het algemeen het meest nijpend is, tijdelijke contracten voor ziektevervanging niet meetellen voor de WWZ.
Het aantal contracten voor een vervanger is onbeperkt in deze maanden, maar de afzonderlijke contracten moeten wel kortdurend zijn (maximaal 14 dagen).
Lid worden van PO-Raad…
In verband met de tijdelijke buitenwerkingstelling van de ketenbepaling zijn er nieuwe artikelen in de cao opgenomen: artikel 3.5a en artikelen 4.6a1 en 4.6a2.
Door het opnemen van deze artikelen is er formeel sprake van een nieuwe CAO PO 2016-2017. Deze cao is aangemeld bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het duurt waarschijnlijk nog tot februari voordat de cao algemeen verbindend is, maar de aangepaste CAO PO 2016-2017 geldt al wel (vanaf 1 januari).
De PO-Raad is echter van mening dat de nieuwe cao nog niet geldt voor niet-leden zolang die nog niet algemeen verbindend verklaard is. Daardoor zou volgens de sectororganisatie de tijdelijke buitenwerkingstelling van de ketenbepaling niet van kracht zijn voor schoolbesturen die niet bij de raad zijn aangesloten, zo staat in een brief van de PO-Raad.
… niet nodig
Uit onderzoek van Verus blijkt echter dat het helemaal niet nodig is om lid te zijn van de PO-Raad. De profielorganisatie voor christelijk onderwijs baseert zich hierbij op het gezaghebbende handboek CAO-recht van de W.J.P.M. Fase en J. van Drongelen.
‘De auteurs gaan ervan uit, zich baserend op bestaande jurisprudentie van de Hoge Raad, dat werkgevers die geen lid zijn van een cao–partij, maar die de cao geheel volgen door deze standaard door te contracteren in de individuele arbeidsovereenkomsten, gebruik kunnen maken van cao-bepalingen in hun sector waarin (…) van de wet wordt afgeweken’, meldt Verus. De Helpdesk van VOS/ABB ondersteunt deze lezing.
Voor het onderwijs betekent dit dat volgens deze opvatting schoolbesturen die geen lid zijn van de PO-Raad, maar die standaard de CAO PO in de akte van benoeming van toepassing verklaren, evenzeer gebruik kunnen maken van de doorgevoerde versoepeling van de WWZ.
WWZ nog niet in openbaar onderwijs
De vervangingsproblematiek speelt tot nu toe in het bijzonder onderwijs, omdat daar de WWZ geldt. Dat is nog niet het geval voor het openbaar onderwijs, omdat de werknemers daar de status van ambtenaar hebben. De WWZ is nog niet van toepassing op ambtenaren, maar dat gaat veranderen vanwege de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren.
Informatie: Helpdesk, 0348-405250 van 08.30 tot 12.30 uur, helpdesk@vosabb.nl