Onderwijsminister Dennis Wiersma heeft vanwege de toestroom van leerlingen uit Oekraïne een nieuwe regeling gepubliceerd die gaat over uitkeringen voor tijdelijke onderwijshuisvesting.
Het doel van deze regeling is om de kosten te vergoeden die gemeenten hebben gemaakt dan wel zullen maken voor het organiseren van tijdelijke onderwijshuisvesting. ‘Op deze manier komt wel de uitvoerende, maar niet de volledige financiële last voor het organiseren van de tijdelijke onderwijshuisvesting bij gemeenten te liggen’, zo legt Wiersma uit.
Bestaande gebouwen en noodlokalen
Het gaat bijvoorbeeld om kosten voor het beschikbaar stellen van gebouwen aan scholen, zoals de tijdelijke huur van bestaande gebouwen of de huur of koop van noodlokalen. Daarnaast gaat het om kosten voor het gebruiksklaar maken van deze gebouwen, zoals de eerste grote schoonmaak. Ook de eerste inrichting wordt vergoed.
De specifieke uitkering is niet bedoeld voor structurele huisvesting, nieuwbouw, renovatie of grootschalige verbouwingen. Daarvoor krijgen gemeenten al geld uit het Gemeentefonds. Het vervoer naar school of de locaties voor bewegingsonderwijs valt evenmin onder deze regeling. Op de website van de rijksoverheid staat meer informatie over de uitkering die gemeenten kunnen krijgen voor leerlingenvervoer.
Eind augustus waren er ruim 75.000 gevluchte Oekraïners in Nederland ingeschreven in de basisregistratie personen, onder wie circa 20.000 leerplichtige kinderen en jongeren.