Scholen krijgen de plicht te controleren of personeel van particuliere aanbieders van aanvullend onderwijs beschikken over een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). Daartoe is een wetsvoorstel ingediend.
Onder de huidige wetgeving moeten leraren, leidinggevenden en (in het primair onderwijs) toezichthouders tijdens de tussenschoolse opvang een VOG hebben. Er geldt nu nog geen plicht voor het bevoegd gezag van een school om de VOG van personeel van particuliere aanbieders van aanvullend onderwijs te controleren en te bewaren. Daar moet dit wetsvoorstel verandering in brengen.
Particulier verweven met publiek
In de toelichting op het wetsvoorstel staat dat particulier aanbod meer en meer verweven raakt met het publieke onderwijs. Steeds meer scholen huren een externe partij in om werkzaamheden te verrichten ten behoeve van het reguliere onderwijsprogramma of als aanvulling daarop. Denk aan bijles of huiswerkbegeleiding.
Het wetsvoorstel regelt dat het bevoegd gezag van de inhurende school ook ten aanzien van de VOG’s van personeel van particuliere onderwijsaanbieders bewaar- en controleplicht krijgt. Het gaat om personeel dat werkzaamheden verricht die plaatsvinden in de school, tijdens of aansluitend aan de onderwijstijd of onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag.
Het kan ook zo zijn dat het bevoegd gezag slechts een ruimte ter beschikking stelt voor aanvullend onderwijs. Hoewel de school in dat geval (formeel gesproken) niet de opdrachtgever is, wordt het bevoegd gezag ook dan verantwoordelijk voor het controleren en bewaren van de VOG voor het aanvullend onderwijs.