Onderwijsrichtingen zijn een obstakel uit het verleden, stelt theoloog Matthias Kaljouw van het Dominicaans Studiecentrum voor Theologie en Samenleving. ‘Ze houden het onderwijsstelsel vast in een verouderd systeem dat niet langer recht doet aan de veranderde maatschappij.’
Kaljouw gaat in het oktobernummer van het tijdschrift De linker wang in op de aanpassingen van het Nederlandse onderwijsstelsel, zoals staatssecretaris Sander Dekker van OCW die voor zich ziet. Dekker pleit voor richtingvrij plannen, dat niet meer uitgaat van de traditionele religieuze en levensbeschouwelijke stromingen. ‘De noodzaak voor wijziging is een direct gevolg van de transformatie die religie in Nederland ondergaat’, aldus Kaljouw.
Hij signaleert dat de Nederlandse samenleving zich steeds meer onttrekt aan verzuilde structuren. ‘Hoewel deze ontwikkeling evenzeer geldt voor de politieke en levensbeschouwelijke structuren, zien we dit het meest radicaal bij de gedaanteverandering van religie’, schrijft Kaljouw. Hij wijst erop dat nieuwe religieuze bewegingen hun intrede doen, onder andere door immigratie. ‘Daarnaast zien we steeds meer geloof buiten de institutionele religies, in vormen van individuele spiritualiteit of zingeving. Bovendien blijkt (…) dat veel mensen affiniteit hebben met meerdere religies.’
Vooral dat laatste beschouwt Kaljouw als een definitief afscheid van de verzuiling. ‘Immers, hier staat geloof of overtuiging los van de exclusieve keuze voor één gemeenschap en één leer, hetzij religieus, hetzij levensbeschouwelijk. Atheïsten laten zich inspireren door christelijke spiritualiteit, christenen noemen zich ook boeddhist, et cetera. Geloof en levensbeschouwing is zingeving, een zoektocht naar persoonlijke inspiratie, niet meer een zuil: het overnemen en doorgeven van een compleet set aan waarheden over alle aspecten van het dagelijks leven.’
Deze verschuivingen maken volgens Kaljouw duidelijk dat onderwijsrichtingen een obstakel uit het verleden zijn. ‘Ze houden het onderwijsstelsel vast in een verouderd systeem dat niet langer recht doet aan de veranderde maatschappij. Dit blijkt wel uit het feit dat het grootste gedeelte van het onderwijs officieel nog steeds een religieuze of levensbeschouwelijke grondslag kent, ondanks de ingrijpende verandering van het religieuze landschap. ‘Officieel’, want veel confessionele scholen weten niet langer hoe zij deze identiteit nog gestalte kunnen geven in hun onderwijs.’
De opvattingen van Kaljouw sluiten aan op het concept School! van VOS/ABB en de Vereniging Openbaar Onderwijs. Over dit ideaal gaat de School!Gids.