Er komt een landelijke taskforce om de aanpak van het lerarentekort te verstevigen. Ook moet de samenwerking tussen scholen en lerarenopleidingen minder vrijblijvend worden. Dat melden de onderwijsministers Ingrid van Engleshoven en Arie Slob in een brief aan de Tweede Kamer.
Zij reageren op het advies Samen sterk voor elk kind van Merel van Vroonhoven, de voormalige voorzitter van de Autoriteit Financiële Markten die in 2019 besloot om zich te laten omscholen tot leraar basisonderwijs. Slob stelde haar vorig jaar aan als ‘onafhankelijk aanjager’ om te onderzoeken hoe de aanpak van het lerarentekort beter kan.
Zij constateert dat er veel in gang is gezet om de tekorten aan te pakken en dat dit resultaat heeft. De belangstelling om in het onderwijs te werken neemt volgens haar toe. Ook zouden veel mensen vanuit andere beroepen met behulp van subsidie als zij-instromer voor de klas willen. Dit betekent volgens minister Slob echter geenszins dat we nu achterover kunnen gaan leunen. ‘De prognoses van de tekorten zijn onverminderd ernstig. De adviezen van Merel van Vroonhoven geven veel handvatten om daar wat aan te doen. Daarom ga ik aan de slag met de aanbevelingen’, aldus Slob.
Meer slagkracht
Van Vroonhoven adviseert onder andere om de vrijblijvendheid van de (regionale) samenwerking af te halen. Er moet volgens haar een landelijk dekkend netwerk komen van regionale verbanden. Ook adviseert zij een taskforce op te richten om minder versnipperd en met meer slagkracht de tekorten aan te pakken. Daarnaast is het belangrijk, benadrukt zij, dat lerarenopleidingen beter aansluiten op de doelgroep en dat leraren zelf meer bij de aanpak worden betrokken.
De ministers melden dat deze aanbevelingen kunnen rekenen op brede steun van de onderwijsorganisaties die samenwerken aan de ‘landelijke tafel’ voor de aanpak van het lerarentekort. De komende periode worden de voorstellen verder uitgewerkt, staat in de brief van de ministers.