Directeur Frank de Wit van VOS/ABB heeft in een gesprek met staatssecretaris Mariëlle Paul van OCW benadrukt dat goed onderwijsbeleid alleen mogelijk is als daar een sterk pedagogisch perspectief aan ten grondslag ligt. Daarbij is het van essentieel belang dat de overheid stabiele financiering garandeert. De VVD-staatssecretaris was maandag in Woerden te gast bij het gezamenlijke periodieke overleg van VOS/ABB met de collega-organisaties Verus, VGS, VBS, ISBO en de Vereniging van Vrijescholen.
De Wit benadrukte dat goed onderwijs voor álle kinderen en een vrije en veilige samenleving voor VOS/ABB en de andere profielorganisaties de basis vormen. Daarbij verwees hij naar deze brief die de organisaties in juli naar OCW stuurden om Paul en de nieuwe minister Bruno Bruins te feliciteren met hun nieuwe positie in het huidige kabinet van PVV, VVD, NSC en BBB. In die brief leggen de profielorganisaties de nadruk op een sterk pedagogisch perspectief dat noodzakelijk is voor goed onderwijs voor álle kinderen en een vrije en veilige samenleving.
In de klas, dáár gebeurt het
Deze noodzaak hangt samen met alle uitdagingen waar het onderwijs nu mee te maken heeft. Daarbij noemde De Wit als voorbeelden het lerarentekort, de soms tekortschietende leeropbrengsten, kansenongelijkheid en een gebrek aan sociale integratie. Zowel de overheid als de schoolbesturen moeten in dit kader het pedagogisch perspectief als uitgangspunt nemen en dienend zijn voor het primaire proces. ‘Het pedagogisch perspectief gaat over de relatie tussen leerling en leraar in de klas, dáár gebeurt het, in die relatie’, aldus De Wit.
In dialoog knelpunten aanpakken
Hij ging ook in op de huidige discussie over de sturing van het funderend onderwijs, waarbij het soms gaat over een vermeende tegenstelling tussen schoolbestuurders, schoolleiders en leraren. ‘Dat gesprek is waardevol, maar wij zien geen tegenstelling. Wij geloven in een gezamenlijke dialoog om knelpunten aan te pakken’, zo benadrukte de nieuwe VOS/ABB-directeur.
De Wit zei tegen de staatssecretaris ook dat het tegenwoordig te veel gaat over rendement en kwalificaties. ‘Goed onderwijs draait om méér dan kwalificeren. Het gaat óók om persoonsvorming en socialisatie. Wij vinden met u dat basisvaardigheden zoals taal en rekenen belangrijk zijn, maar ze hangen echt samen met de brede ontwikkeling van leerlingen.’
Stabiel beleid en stabiele financiering
Ten slotte zei De Wit mede namens de andere profielorganisaties dat voor onderwijskwaliteit heldere doelstellingen nodig zijn en dat leraren de rust, tijd en ruimte moeten hebben om hun vak goed uit te oefenen. ‘Dat vraagt om stabiel beleid en een stabiele financiering.’