Op vijf centrale knelpunten in het stelsel van onderwijshuisvesting is bijsturing nodig. Dat staat in het rapport Een vak apart – Een toekomstbestendig onderwijshuisvestingsstelsel.
Op basis van dit onderzoek komt de interdepartementale werkgroep Onderwijshuisvesting Funderend Onderwijs tot vijf centrale knelpunten, die een soepel samenspel tussen Rijk, gemeenten en schoolbesturen in de weg staan:
- Huidige stelsel stimuleert total-cost-of-ownership-benadering onvoldoende. Dat komt door de scheiding van budgetten voor nieuwbouw en uitbreiding (gemeenten) en (klein) onderhoud (schoolbesturen).
- Geen eenduidige integrale eisen. Doordat een integraal beeld ontbreekt, is er onzekerheid over waar een gebouw op welk moment aan moet voldoen.
- Beleidscyclus is niet gesloten. Rijksambities, monitoring en toezicht zijn onvoldoende ingeregeld (plan-do-check-act).
- Geen goede koppeling tussen eisen, (bouw)kosten en beschikbare budgetten. Hierdoor ontstaan continu ingewikkelde discussies over de hoogte en
beschikbaarheid van budgetten.
- Gebrek aan expertise bij schoolbesturen en gemeenten. Een georganiseerde leercyclus ontbreekt. Daardoor is vaak sprake van ‘het wiel opnieuw uitvinden’.
Deze knelpunten zorgen er volgens de onderzoekers voor dat de uitkomsten van het stelsel te weinig voorspelbaar zijn. ‘De resultaten zijn bijvoorbeeld afhankelijk van binnen welke gemeente de school staat, of een gemeenteraadslid of wethouder zich hard maakt voor onderwijshuisvesting, of er een bevlogen onderwijsbestuurder is met affiniteit met vastgoed. Soms is ook de aanwezigheid van actieve en mondige ouders bepalend. In de huidige situatie is de kwaliteit van onderwijshuisvesting te afhankelijk van dit soort toevalligheden.’
In het rapport staat dat het stelsel eraan heeft bijgedragen dat er landelijk gezien sprake is van een verouderde voorraad die kwalitatief goed onderwijs in de weg staat, leerprestaties negatief beïnvloedt en lang niet altijd aan wettelijke eisen voldoet. Daarnaast is er een gebrek aan een integraal landelijk totaalbeeld van de kwaliteit van de schoolgebouwen.
Basis op orde
Om ervoor te zorgen dat de gebouwenvoorraad in positieve zin bijdraagt aan leerprestaties, zijn volgens de onderzoekers maatregelen nodig. Als belangrijkste punt noemen zij dat de basis op orde moet zijn. Daarbij adviseren de onderzoekers zes maatregelen:
- Breng beleidsdoelstellingen en wettelijke eisen eenduidig en integraal in beeld.
- Breng huidige schoolgebouwenbestand in kaart.
- Gebruik het IHP voor een meer total-cost-of-ownership-benadering en leg daar een minimumvariant en -proces in vast.
- Monitor en houd toezicht op de gebouwenvoorraad.
- Versterk de kennisfunctie en bied mogelijkheid tot verregaande ondersteuning.
- Laat het budget meebewegen met nieuwe eisen aan schoolgebouwen.
Op deze manier zou het mogelijk zijn een beter werkend stelsel van onderwijshuisvesting te realiseren, zonder rigoureus te schuiven met verantwoordelijkheden en budgetten.