Onderwijsminister Arie Slob wil dat samenwerkingsverbanden voor passend onderwijs hun financiële reserves gaan inzetten. Als zij dat niet doen, wil hij de reserves van de samenwerkingsverbanden afpakken.
Slob zei in de Tweede Kamer dat hij niet kan begrijpen dat er nog steeds samenwerkingsverbanden zijn met grote financiële reserves, ‘ondanks de waarschuwingen die we de afgelopen jaren hebben geuit in hun richting’. Hij vindt dat geld dat voor de zorg voor leerlingen bestemd is ‘gewoon benut wordt en niet op de plank komt te liggen’.
‘Het moet afgelopen zijn’
Volgens hem zitten er vrijwel overal grote reserves bij samenwerkingsverbanden, dus niet alleen bij die verbanden die te kampen hebben met een negatieve verevening. ‘Dat je ietwat reserve hebt (…), snappen we. Maar dat 136 van de 150 daar soms een klein beetje maar soms ook fors boven zitten, snappen we niet. Ik kan me in een enkele situatie voorstellen dat men soms iets meer ruimte nodig heeft. Als je eigenrisicodrager bent voor personeel is het ook nog wel aan te bevelen om het te doen. Ik weet bijvoorbeeld dat er soms samenwerkingsverbanden zijn die alle ambulante begeleiders van hun scholen in dienst hebben genomen. Maar dat is echt niet overal het geval’, aldus Slob.
De minister gaat alle samenwerkingsverbanden vragen om gerichte plannen te maken om meer geld uit te geven ‘voor het doel waarvoor het is, namelijk zorg aan kinderen’. Als die plannen er niet komen of in de ogen van de minister onvoldoende zijn, dan gaat hij het geld bij de samenwerkingsverbanden weghalen. ‘Het moet inderdaad maar een keer afgelopen zijn’, aldus Slob.