Onderwijsminister Arie Slob is het niet eens met kritiek op het predicaat Excellent voor scholen. Hij ziet dan ook geen aanleiding iets te veranderen in het beoordelingstraject.
Dit antwoordt hij op op vragen van het Tweede Kamerlid Lisa Westerveld (Groen Links). Zij had gevraagd of leerlingen en leraren meer inspraak kunnen krijgen in het huidige beoordelingskader. Haar vraag was gebaseerd op kritiek van het Landelijk Aktie Komitee Scholieren, dat vindt dat de tevredenheid van leerlingen niet serieus wordt meegewogen.
‘Geen sprake van misleiding’
In zijn reactie schrijft Slob dat zowel de Inspectie van het Onderwijs als de jury Excellente Scholen bij de beoordeling van een school altijd spreekt met een delegatie van leerlingen. ‘In dat gesprek onderzoekt de jury in hoeverre de leerlingen het excellentieprofiel van hun school herkennen en hoe zij dit terugzien in de school. De jury neemt dit mee in haar beoordeling’, aldus Slob.
Op de vraag of het predicaat ‘Excellent’ misleidend is, omdat het weinig zou zeggen over de algehele kwaliteit van de school, zegt Slob: ‘Van misleiding is geen sprake’. Hij wijst erop dat een school het predicaat alleen kan verwerven als de school van de inspectie eerst de waardering ‘goed’ heeft gekregen.
De minister blijft vooralsnog vasthouden aan het uitreiken van het predicaat Excellente School als erkenning en waardering van goede scholen. Dit jaar gaat de inspectie wel een algehele evaluatie uitvoeren naar het traject Excellente Scholen.