Het is een kernopdracht van het onderwijs om de jonge generatie van nu te leren wat het betekent om te leven in een open en vrije samenleving. Dat stelt minister Jet Bussemaker van OCW in haar voorwoord in de publicatie 2 werelden, 2 werkelijkheden.
Deze publicatie is een verslag van Margalith Kleijwegt over de verscherpte maatschappelijke tegenstellingen in het vmbo en het middelbaar en hoger beroepsonderwijs. Deze verscherping is onder andere het gevolg van de komst van vluchtelingen naar Europa en de terreur in Parijs.
‘Deze ontwikkelingen gaan niet onopgemerkt aan het onderwijs voorbij. YouTube, Instagram en nieuwssites zijn overal. Bovendien komen leerlingen met verschillende achtergronden elkaar op school minder gemakkelijk tegen. Dit wordt versterkt doordat leerlingen worden geselecteerd op niveau, waardoor zij in verschillende groepen zitten of op andere locaties. Scholen doen dit om begrijpelijke redenen, maar maatschappelijk gezien kan dit ongewenste effecten hebben’, aldus Bussemaker.
Eenvoudige oplossingen zijn er niet, maar dat betekent volgens haar niet ‘dat we ons er maar bij neer moeten leggen dat de werelden van jongeren zo ver uit elkaar liggen’. De ‘kloven’ die deze reportage laat zien, vragen volgens haar om ‘een stevige brug’. Dat moet een brug zijn, zo stelt Bussemaker, ‘die steunt op de pijlers van de democratische waarden die ons binden, zoals waardigheid, vrijheid en rechtvaardigheid’.
Ze ziet het als ‘een kernopdracht van het onderwijs dat jonge mensen op school – de minidemocratie bij uitstek – kunnen leren wat het betekent om te leven in een open en vrije samenleving’. Het gaat in onderwijs niet alleen over kennisoverdracht, benadrukt ze, maar ook om het ‘ontwikkelen van karakter en persoonlijkheid (…) om van binnenuit te begrijpen waar onze samenleving op is gebouwd en daar tegelijk kritische vragen over kunnen stellen’. In dit proces van volwassen worden hebben docenten volgens de minister een essentiële rol.