De Turkse politieke arena mag zich niet verplaatsen naar Nederlandse scholen. Dat benadrukt staatssecretaris Sander Dekker van OCW in antwoord op Kamervragen van de SP over de onrust rond scholen die in de Turkse gemeenschap in verband worden gebracht met de beweging van de geestelijke Fethullah Gülen. De Turkse presdident Recep Tayyip Erdogan ziet Gülen als het brein achter de mislukte staatsgreep in juli jongstleden.
De SP’ers Sadet Karabulut en Jasper van Dijk hadden Dekker gevraagd of hij het ermee eens is ‘dat politieke meningsverschillen in de politieke arena uitgevochten moeten worden in plaats van via scholen en kinderen’. De staatssecretaris antwoordt dat hij die mening volledig deelt.
Dekker benadrukt dat er samen met gemeenten alles aan wordt gedaan om alle leerlingen goed onderwijs te geven in een veilige omgeving. ‘Dat doen we door scholen te ondersteunen bij het omgaan met spanningen, door training en advies aan leraren en schoolleiders’, aldus de staatssecretaris.
Hij laat in zijn antwoorden ook weten dat gemeenten onder andere via de leerplichtambtenaren contact hebben met Turkse ouders die hun kind willen inschrijven op een andere school. De Inspectie van het Onderwijs ziet erop toe dat alles volgens de wet verloopt.