Het primair en voortgezet onderwijs moeten voldoende tijd en ruimte hebben om passend onderwijs verder vorm te geven. Deze oproep staat in een brief van de PO-Raad en VO-raad aan de Tweede Kamer.
De brief van de sectorraden staat in het teken van het algemeen overleg aanstaande donderdag in de Tweede Kamer naar aanleiding van de zesde voortgangsrapportage passend onderwijs. In die rapportage concludeert staatssecretaris Sander Dekker van OCW dat de invoering van passend onderwijs per 1 augustus jongstleden goed is verlopen.
In de brief aan de Tweede Kamer schrijven de PO-Raad en VO-raad dat de dagelijkse praktijk laat zien dat samenwerkingsverbanden hun verantwoordelijkheid nemen om de invoering van passend onderwijs succesvol te laten verlopen. Er worden goede praktijkvoorbeelden gegeven van samenwerkingsverbanden die maatwerk leveren.
Om de samenwerkingsverbanden in de gelegenheid te stellen verder vorm te geven aan passend onderwijs, moet de politiek oog hebben voor de continuïteit van de zorg voor leerlingen in onderwijszorgarrangementen en voor de verschillen tussen primair en voortgezet onderwijs ten opzichte van de wijkgerichte hulpverlening en de rol van het schoolmaatschappelijk werk.
De sectorraden willen ook een vereenvoudiging van de bekostiging voor leerlingen met ernstige meervoudige beperkingen. Tevens dient de politiek voldoende aandacht te hebben voor een sectoroverstijgend aanbod voor kwetsbare groepen in aansluiting op de arbeidsmarkt.