In een rapport van onder andere de Inspectie van het Onderwijs wordt herbevestigd dat een bestuur voor openbaar onderwijs integrale voorzieningen in stand kan houden.
In de Rapportage afstemming toezicht op geïntegreerde voorzieningen voor onderwijs en opvang, die op verzoek van de ministeries van OCW en SZW door onder andere de Inspectie van het Onderwijs is opgesteld, wordt onder andere ingegaan op artikel 48, vierde lid van de Wet op het primair onderwijs (WPO). Daarin staat dat schoolbesturen voor openbaar onderwijs geen andere activiteiten dan onderwijs mogen aanbieden.
De bepaling is niet van toepassing op het bijzonder onderwijs. Tot nu deed zich daardoor het probleem voor dat het bijzonder onderwijs werd bevoordeeld ten opzichte van het openbaar onderwijs. VOS/ABB heeft daarom intensief gelobbyd voor een ruimere interpretatie van het wetsartikel, opdat ook openbare schoolbesturen integrale voorzieningen in stand kunnen houden, waarin onderwijs en kinderopvang samenkomen.
In juli liet staatssecretaris Sander Dekker van OCW in zijn Kamerbrief over een moderne interpretatie van de vrijheid van onderwijs weten dat hij de bepaling inderdaad ruimer interpreteert, zoals door VOS/ABB is bepleit.
Dit wordt nu herbevestigd in het rapport van onder andere de Inspectie van het Onderwijs:
‘Volgens artikel 48, vierde lid WPO, mogen schoolbesturen openbaar onderwijs geen andere activiteiten dan onderwijs aanbieden. Dit vormt voor integrale voorzieningen onder een bestuur voor openbaar onderwijs een belemmering om één rechtspersoon te vormen. Dit knelpunt is inmiddels opgelost. Staatssecretaris Dekker heeft (…) aangegeven een ruime interpretatie van artikel 48, vierde lid WPO te hanteren, waardoor dit verschil tussen openbaar en bijzonder onderwijs is weggenomen.’
Informatie: Helpdesk, 0348-405250 van 08.30 tot 12.30 uur, helpdesk@vosabb.nl