Scholengroep Holland voor openbaar primair onderwijs in de gemeenten Zuidplas, Lansingerland en Pijnacker-Nootdorp en twee andere onderwijsstichtingen hebben hun zorgen uitgesproken bij onderwijsminister Dennis Wiersma over de gevolgen van de Wet Meer ruimte voor nieuwe scholen.
Deze wet leidt volgens hen tot een sterke versnippering van het onderwijsaanbod, een verhevigde concurrentiepositie tussen schoolbesturen, verdergaande segregatie van het onderwijs, onbeheersbare leerlingstromen, onzekerheden over werkgelegenheid, een korte-termijnfocus die haaks staat op een gedegen onderwijs- en huisvestingsplanning en ondoelmatige besteding van publieke middelen voor onderwijs.
‘Ouders willen dit’
Wiersma wijst er in zijn reactie op dat met de nieuwe wet denominaties niet meer een criterium zijn in de stichtingsprocedure. Daardoor is meer ruimte ontstaan voor nieuwe scholen. Hij begrijpt dat dit voor reeds bestaande scholen en voor gemeenten ongemak en prangende vragen kan veroorzaken, maar hij wijst erop dat de nieuwe wet tegemoet komt ‘aan de wensen en vraag van veel ouders en leerlingen’. Dit blijkt volgens hem uit het hoge aantal ingediende aanvragen voor nieuwe scholen en de ouderverklaringen die daarvoor nodig zijn.
Over de verhevigde concurrentie tussen scholen merkt de minister op dat die geen ongezonde vormen mag aannemen. ‘Mijn ministerie vindt het zeer belangrijk dat scholen, zeker in gebieden waar sprake is van een stabiele leerlingenprognose of zelfs van krimp, gestimuleerd worden om samen te werken in plaats van elkaar op een ongezonde wijze te beconcurreren. Daarbij is het van belang dat scholen ook zelf, vanuit hun maatschappelijke verantwoordelijkheid, de samenwerking opzoeken.’
Over de toenemende segregatie in het onderwijs die het gevolg is van de Wet Meer ruimte voor nieuwe scholen meldt de minister niets.