Lumpsum doet recht aan de autonomie van de onderwijsinstellingen en zorgt voor een stabiele bekostiging. Dat benadrukt demissionair onderwijsminister Arie Slob in antwoord op Kamervragen.
Tweede Kamerlid Peter Kwint van de SP en zijn GroenLinks-collega Lisa Westerveld stellen dat het ministerie door de lumpsumbekostiging geen invloed meer heeft op het onderwijs. Hun vragen aan de minister hierover volgden op het artikel Het grootste onderwijsprobleem is niet het lerarentekort van onderwijsjournalist Johannes Visser.
Slob weerspreekt de stelling dat het ministerie geen invloed meer zou hebben. Volgens hem heeft OCW voldoende instrumenten in handen om sturing te geven, zoals bijzondere en aanvullende bekostiging en subsidies.
Voordelen lumpsum
De minister stelt verder dat aan elke bekostigingssystematiek nadelen kunnen kleven, maar dat lumpsum vooral voordelen kent. ‘Lumpsumbekostiging stelt besturen in staat stabiel beleid te voeren, met beperkte administratieve lasten’, aldus Slob.
Lumpsum zorgt er volgens hem voor dat besturen flexibel kunnen zijn wanneer nodig en dus maatwerk kunnen leveren. ‘Door besturen financiële ruimte te geven, kunnen zij beleidskeuzes maken (…) die ten goede komen aan de kwaliteit van het onderwijs.’