Er komt subsidie voor de uitbreiding van beroepsorganisatie Lerarencollectief met een afdeling voor het voortgezet onderwijs. In januari gaan kwartiermakers aan de slag.
Het Lerarencollectief is sinds 1 maart 2020 actief als beroepsvereniging voor leraren in het primair onderwijs. De oprichters waren basisschoolleraren Jan van de Ven en Thijs Roovers, eerder bekend van Po in Actie, en René Kneyber, wiskundeleraar in het VO en lid van de Onderwijsraad.
In een brief aan de Tweede Kamer, waarin onderwijsminister Slob de toekenning van de startsubsidie toelicht, zegt hij dat het Lerarencollectief inmiddels goede inbreng heeft laten zien op belangrijke thema’s zoals het lerarentekort, de vakbekwaamheid van leraren en het Nationaal Programma Onderwijs. Omdat Slob belang hecht aan beroepsgroepvorming, ondersteunt hij het plan om ook een afdeling te vormen voor het voortgezet onderwijs. Voor de oprichting daarvan verstrekt hij voor één jaar subsidie.
Kwartiermakers VO aan de slag
Het Lerarencollectief reageert opgetogen op dit besluit. Voorzitter Sharon Martens meldt dat initiatiefnemer Harm Tiggelaar als kwartiermaker met een aantal VO-leraren de oprichting van de nieuwe afdeling zal voorbereiden. ‘Het lerarencollectief zal vanaf nu ook in het voortgezet onderwijs op constructieve wijze agenderen, initiëren, toetsen en adviseren, vanuit de overtuiging dat voor goed onderwijs nodig is dat het vakmanschap van de leraar wordt gezien, gehoord en bevraagd’, aldus Martens op de website van het Lerarencollectief.