Voorstanders van uitsluitend openbaar onderwijs gooien moedwillig keuzevrijheid, diversiteit en het recht op een eigen mening te grabbel. Dat stelt algemeen-directeur Titus Frankemölle van de rooms-katholieke Kwadrant Scholengroep in Noord-Brabant in een opiniestuk in BN De Stem.
Frankemölle, die tevens diaken is van het Bisdom Breda, reageert op het pleidooi van PvdA-fractieleider Lodewijk Asscher om grondwetsartikel 23 van de Grondwet zodanig aan te passen dat ook voor het bijzonder onderwijs algemene toegankelijkheid gaat gelden. Het idee daarachter is dat alle kinderen in het onderwijs gelijke kansen moeten hebben.
De reactie van de rooms-katholieke Frankemölle volgt tevens op een opiniestuk van directeur-bestuurder Hans Fuchs van Stichting Openbare Basisscholen Helmond en zijn collega Annemie Martens van Stichting PlatOO voor openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs in Zuidoost-Brabant. Zij wijzen erop dat het onderwijs in Nederland sterk gesegregeerd is met als gevolg dat er veel kansenongelijkheid is. Dat kan volgens hen worden veranderd door eindelijk de verzuiling achter ons te laten.
Diskwalificatie openbaar onderwijs
Volgens Frankemölle is het allemaal onzin wat Asscher, Martens en Fuchs zeggen. Hij wil per se vasthouden aan de onderwijsvrijheid zoals Nederland die sinds 1917 kent, toen artikel 23 van kracht werd. Daarbij plaatst hij het katholiek onderwijs met stip op nummer 1. Dat is volgens hem de oefenplaats bij uitstek voor de echte maatschappij.
De algemeen-directeur van de Kwadrant Scholengroep zei vorig jaar dat openbaar onderwijs niets vindt en daardoor de dialoog met anderen niet kan aangaan. Hij verklaarde dat in het Katholiek Nieuwsblad, samen met de Haarlemse-Amsterdamse hulpbisschop Jan Hendriks.
In 2014 stelde Frankemölle in een opiniestuk in Trouw dat het openbaar onderwijs geen aandacht heeft voor levensbeschouwing en daarom niet serieus kan worden genomen. Hiermee liet hij zien 100 jaar achter te lopen op de feiten.