Een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer vindt het niet nodig dat het kabinet snel meer geld vrijmaakt om leraren in het primair onderwijs hetzelfde salaris te geven als hun collega’s in het voortgezet onderwijs.
Dat bleek dinsdag toen de Tweede Kamer stemde over een motie van de PvdA’ers Kirsten van den Hul en Lisa Westerveld, Peter Kwint van de SP, Lammert van Raan van de Partij voor de Dieren en Tunahan Kuzu van DENK.
Zij riepen hun collega’s in de Tweede Kamer op om er bij het kabinet op aan te dringen bij de Voorjaarsnota meer geld uit te trekken voor het dichten van wat zij de ‘loonkloof’ noemen tussen het primair en voortgezet onderwijs. Zij motiveerden hun oproep met hun constatering dat ‘het werk van leraren in het basis- en voortgezet onderwijs even belangrijk is’.
De regeringspartijen VVD, CDA, D66 en ChristenUnie verwierpen deze motie, samen met de PVV, de SGP en Forum voor Democratie. In totaal stemden 97 Kamerleden tegen en 46 voor. De resterende 7 Kamerleden deden niet aan de stemming mee.