Het ministerie van OCW heeft positief gereageerd op de klachten van de PO-Raad en de VO-raad dat de informatie over de bekostiging altijd zo laat komt. Voor het voortgezet onderwijs heeft het ministerie de bedragen al in juli in plaats van in september bekendgemaakt.
Tot nu toe kwamen de voorlopige bedragen VO voor het daarop volgende kalenderjaar jaar en de definitieve bedragen voor 2019 pas in september. Voor het PO is dit nog erger: in september worden pas de definitieve bedragen bekendgemaakt over het dan al beëindigde schooljaar en de voorlopige bedragen voor het dan net gestarte schooljaar.
Deze zomer heeft de minister al op 12 juli in een brief aan de Tweede Kamer de definitieve bedragen voor 2019 voor het VO bekendgemaakt, evenals de voorlopige voor 2020. Voor de Regeling is de voorhangbepaling van toepassing, wat inhoudt dat de regeling pas in werking treedt wanneer de Tweede Kamer na vier weken niet de wens tot overleg te kennen heeft gegeven. Dat gebeurt zelden, zodat de regeling op 10 augustus 2019 formeel van kracht werd.
Bedragen exploitatie en GPL
In de brief wordt tevens aangegeven dat de bijdrage voor de exploitatie achterwege blijft, zoals in de voorjaarsnota al was aangegeven. Daardoor zijn de bedragen voor de exploitatie voor 2018 en 2019 gelijkgebleven en zijn de voorlopige bedragen voor 2020 ook gelijk aan die van 2018 en 2019. De GPL-bedragen (gemiddelde personeelslast) worden nu met 3,13% verhoogd voor 2019 en de GPL-bedragen voor het onderwijsgevend personeel (OP) zijn voor 2020 extra verhoogd met 0,38% vanwege de Functiemix.
In de Regeling tot wijziging van de bekostigingsregelingen staan alle van toepassing wordende bedragen. De bedragen van diverse aanvullende regeling worden later bekendgemaakt, zoals die van de Prestatiebox. Naar verwachting gebeurt dat komend najaar. Het overleg over de cao 2019-2020 is nog gaande. Daardoor is het nog niet bekend wat de salarislasten worden. Tot zolang blijven de salarissen van de cao 2018-2019 van toepassing.