Fusies moeten worden verboden, tenzij fusiepartners onomstotelijk kunnen aantonen dat de maatschappelijke baten hiervan positief zijn. Daarmee besluit onderzoeker Jos Blank zijn beschouwing Illusies over fusies. Onlangs sprak hij als bijzonder hoogleraar Productiviteit Publieke Sector aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam zijn oratie uit.
Op de website hogeronderwijs.nu gaat Blank naar aanleiding van zijn oratie onder meer in op fusies in het onderwijs. ‘Er is niets mis met schaalvergroting. Fusies in het onderwijs hebben aanvankelijk geleid tot efficiencywinst. In de jaren tachtig was het onderwijs erg kleinschalig. Je had bijvoorbeeld achthonderd mavo-schooltjes met een paar honderd leerlingen. Het is goed dat die opgeruimd zijn, dat heeft voor flinke kostenbesparingen gezorgd.’
Maar, zo benadrukt hij, de voordelen van opschalen houden een keer op. ‘Grote scholen hebben meer managementlagen, meer bureaucratie, de betrokkenheid van docenten neemt af, het vandalisme neemt toe. Dat leidt allemaal tot hogere kosten. Schaalvergroting levert dus aanvankelijk efficiencywinst op, maar er is een omslagpunt waarna de nadelen groter zijn dan de voordelen.’
Blank bracht op basis van internationaal literatuuronderzoek in kaart waar voor onderwijsinstellingen het omslagpunt ligt. De optimale schaal voor scholen voor primair onderwijs varieert volgens hem tussen 300 en 500 leerlingen. Omgerekend naar kosten in Nederland in 2012 komt dit op bedragen tussen de 2 en 4 miljoen euro.
In het voortgezet onderwijs liggen deze cijfers volgens Blank enigszins hoger. Daar worden bedragen genoemd van 8,6 miljoen euro, wat neerkomt op circa 1000 leerlingen. Bij grotere vo-scholen zouden schaalnadelen gaan optreden.