Leerlingen in het voortgezet onderwijs gaan vanaf dinsdag 2 juni gemiddeld een kwart van de tijd weer naar school. Voor de rest blijven zij online onderwijs op afstand volgen. Dat blijkt uit een peiling van de VO-raad, waaraan 429 schoolleiders hebben meegewerkt.
De leerlingen gaan gespreid weer naar school en de een gaat meer dan de ander. ‘Scholen maken gebruiken van de ruimte die het kabinet biedt om eigen keuzes te maken’, aldus de VO-raad.
De scholen kiezen er volgens de sectororganisatie voor om met name kwetsbare leerlingen, die geen veilige thuissituatie hebben of thuis moeilijk kunnen leren, zo vaak mogelijk naar school te laten komen. Deze leerlingen komen ruim de helft van de tijd naar school. Ook leerlingen met leerachterstanden en leerlingen in het voor-examenjaar komen bij voorkeur vaker naar school.
Uit de peiling blijkt ook dat gemiddeld één op de twaalf leraren vanwege het coronavirus niet op school kan of wil werken.