Veel gemeenten hebben niet genoeg geld opzijgezet voor onderwijshuisvesting. Ze rekenen nog met bedragen die in de jaren 80 zijn vastgelegd, terwijl de moderne eisen flink zijn opgeschroefd. Dat schrijft het Algemeen Dagblad (AD).
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) erkent dat de gereserveerde bedragen te laag zijn. De krant citeert woordvoerder Liane ter Maat van de VNG: ‘Ze zijn gebaseerd op normen uit 1985 voor het neerzetten van een sober, doelmatig schoolgebouw. De bedragen houden geen rekening met hogere kwaliteitseisen.’
Volgens manager Ted Peek van de stichting Bouw(kosten)data (BDB) staat vernieuwing van schoolgebouwen in het primair en voortgezet onderwijs zwaar onder druk, nu bouwkosten door het einde van de economische crisis stijgen. Duizenden scholen zijn volgens hem aan vervanging toe, maar daar is geen of niet genoeg geld voor.
Hij stelt in het AD dat per jaar maar zeventig tot tachtig scholen een nieuw onderkomen krijgt. Dat is nog niet 1 procent, terwijl volgens hem ruim de helft van alle gebouwen over de houdbaarheidsdatum is.
De krant citeert ook voorzitter Hidde Benedictus van het Platform Onderwijshuisvesting: ‘Je ziet de gaten vallen in aanbestedingen.’ Daarom wordt steeds vaker voor een goedkopere renovatie gekozen, maar ook daarvoor zijn de budgetten erg krap.
Tevens komt Hans Heijltjes van VOS/ABB’s huisvestingpartner HEVO in het AD aan het woord. HEVO deed onderzoek naar de kwaliteit van 500 schoolgebouwen die in de jaren 60 zijn gebouwd. Daaruit blijkt dat die gebouwen op zaken als bouwkundige staat, exploitatie en binnenklimaat slecht scoren.