Schoolbesturen zullen niet worden gekort op de bekostiging als het hun niet lukt om onderwijs aan nieuwkomers te organiseren. Dat blijkt uit de ontwerpregeling voor tijdelijke onderwijsvoorzieningen bij massale toestroom van ontheemden, die onderwijsminister Dennis Wiersma naar de Eerste en Tweede Kamer heeft gestuurd.
De Raad van State (RvS) had bezwaren tegen de manier waarop de regering door middel van mogelijke sancties scholen wilde verplichten om onderwijs te organiseren voor met name Oekraïense leerlingen. De regering wilde kunnen ingrijpen als schoolbesturen of gemeenten ‘niet voldoende initiatief’ zouden nemen om onderwijs te organiseren voor leerplichtige kinderen en jongeren, in dit geval uit Oekraïne. In het voorstel stond dat er sancties mogelijk moesten zijn als het schoolbesturen ‘om wat voor reden dan ook’ niet zou lukken om voldoende onderwijsaanbod te realiseren. Dan zou er bijvoorbeeld een bekostigingssanctie kunnen volgen, was het idee.
De RvS merkte op dat de introductie van dwangbevoegdheden (waaronder een bekostigingssanctie) de goede samenwerking tussen Rijk, gemeenten en scholen zou kunnen verstoren. ‘Daarmee brengt het de oplossingen voor de dagelijkse praktijk niet dichterbij’, aldus de RvS. Als de regering per se een sanctiebevoegdheid wilde, dan zou volgens de RvS eerst duidelijk moeten worden hoe zo’n bevoegdheid zou kunnen bijdragen aan de oplossing van mogelijke problemen in de praktijk. Die motivering ontbrak en daarom ontraadde de RvS de sanctiebevoegdheid in de regeling op te nemen. Uit de ontwerpregeling zoals die nu naar de Eerste en Tweede Kamer is gestuurd, blijkt dat de sanctiemogelijkheid is geschrapt.