Er komt 500 miljoen euro extra beschikbaar voor de opvang van vluchtelingen. Daarvan is 16 miljoen bestemd voor voortgezet onderwijs. Het geld gaat naar gemeenten die vluchtelingen met een verblijfsvergunning huisvesten.

Dit is de uitkomst van overleg tussen het kabinet en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Het extra geld is specifiek bedoeld voor een ‘sluitende aanpak’ voor vluchtelingen met een verblijfsvergunning. Deze mensen moeten zo snel mogelijk ‘zelfstandig, volwaardig en gezond’ aan het werk kunnen, naar school gaan of op een andere manier een bijdrage leveren aan de Nederlandse samenleving, bijvoorbeeld via vrijwilligerswerk. Daarom wordt vooral ingezet op taal en werk. Zo wordt onder meer de ‘voorinburgering’ in asielzoekerscentra geïntensiveerd met meer uren taalonderwijs en cursussen over de Nederlandse samenleving en arbeidsmarkt.

Schoolgebouwen

De 16 miljoen euro voor voortgezet onderwijs is specifiek bestemd voor de inrichting van (tijdelijke) huisvesting. Het primair onderwijs krijgt daarvoor in dit akkoord geen geld, omdat hiervoor al een regeling bestaat, die wordt uitgevoerd door het COA (Centraal Orgaan opvang Asielzoekers). Het voortgezet onderwijs (vo) kent een dergelijke regeling niet; vo-huisvesting wordt betaald uit het gemeentefonds. Daarom krijgt deze nu een injectie. De regeling is tijdelijk en geldt met terugwerkende kracht vanaf augustus 2015 tot 1 augustus 2017. Gemeenten moeten met dit budget zorgen voor passende leslocaties voor asielzoekers tot 18 jaar, die ongeacht hun verblijfsstatus recht op onderwijs hebben.Daarbij wordt uitgegaan van zoveel ‘bundeling van jongeren uit verschillende gemeenten op een centrale locatie’.

In het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom wordt verder geld uitgetrokken voor integratie en participatie door werk of vrijwilligerswerk, gezondheidsbevordering en maatschappelijke begeleiding. Eerder was al 135 miljoen euro beschikbaar gesteld voor taal- en schakelklassen.

 

 

Deel dit bericht: