Eén op de vier leerlingen in de leeftijd van 16 tot 18 jaar is slachtoffer van huiselijk geweld. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van de Prevalentiemonitor huiselijk geweld en seksueel grensoverschrijdend gedrag 2022.
Het gaat onder andere om fysiek geweld zoals slaan en aan de haren trekken, maar ook om zeer ernstig geweld, zoals poging tot verstikking of het expres toebrengen van brandwonden. Huiselijk geweld kan ook bestaan uit dwingende controle. Voorbeelden daarvan zijn intimidatie, kleinering en stalking. Meisjes hebben er vaker mee te maken dan jongens.
Veel jonge slachtoffers van huiselijk geweld hebben dit als kind ook al ervaren. Ongeveer vier op de tien jonge slachtoffers geven aan dat zij voor hun twaalfde ook al fysiek geweld meemaakten en ongeveer drie op tien zeggen dat zij in hun kindertijd te maken hadden met dwingende controle.
De term huiselijk geweld heeft betrekking op de plegers: hiertoe worden gezins- en familieleden en eventuele (ex-)partners gerekend. Met ‘huiselijk’ wordt niet de locatie bedoeld: de voorvallen hoeven niet per se thuis plaats te vinden.