Staatssecretaris Sander Dekker van OCW legt uit waarom ook ernstig dyslectische leerlingen bij de centrale schriftelijke examens geen digitale woordenboeken mogen gebruiken.
De SP-Kamerleden Jasper van Dijk en Tjitske Siderius wilden van Dekker weten hoe hij erover denkt dat het ook voor examenkandidaten met een ernstige vorm van dyslexie verboden is om digitale woordenboeken te gebruiken. De staatssecretaris licht in zijn antwoorden toe waarom digitale woordenboeken een inbreuk op de exameneisen zijn: ‘Met gebruik van een digitaal woordenboek kan een leerling een examen maken zonder over de vereiste woordenschat te beschikken. Het intikken van slechts enkele letters genereert al diverse woorden of synoniemen.’ Dit verlaagt volgens hem de exameneis ten aanzien van de woordenschat.
‘De kandidaat heeft er recht op dat op adequate wijze de belemmering door zijn beperking wordt weggenomen, hij/zij heeft geen recht op een hulpmiddel dat ertoe leidt dat voor hem of haar exameneisen worden verlaagd of vervallen’, aldus Dekker.