Scholen hebben de vrijheid om bijvoorbeeld rond het Suikerfeest een vrije dag in te roosteren, maar van het inruilen van nationale of christelijke feestdagen voor andere feestdagen is niet aan de orde. Dat antwoordt staatssecretaris Sander Dekker van OCW op vragen van VVD-Tweede Kamerlid Karin Straus. Eerder antwoordde hij dit al op vragen van de PVV.
De vragen Straus volgden op een artikel van The Post Online waarin stond dat scholen nationale of christelijke feestdagen zouden mogen inruilen voor andere feestdagen, zoals het islamitische Suikerfeest.
Dekker zegt nu dat er verwarring kan zijn ontstaan, omdat het niet gaat om het inruilen van feestdagen, maar om het inroosteren van een vrije dag rond bijvoorbeeld het Suikerfeest. ‘Het inruilen van nationale of christelijke feestdagen voor andere feestdagen is niet alleen onwenselijk, het is ook niet toegestaan (…)’, benadrukt de staatssecretaris.
Vrije dag rond Suikerfeest
Basisscholen mogen echter wél maximaal zeven keer per schooljaar een vierdaagse schoolweek, en hiermee dus een extra vrije dag, inroosteren voor de groepen 3 tot en met 8.’
Eerder zei Dekker in antwoord op Kamervragen van de PVV al dat de medezeggenschapsraad ermee moet instemmen om bijvoorbeeld in het kader van het Suikerfeest een vrije dag in te roosteren.
Het Suikerfeest is dit jaar afhankelijk van de groep die het viert in de periode van 6 tot en met 9 juli.
Holocaust en cultuurrelativisme
Straus betrok in haar vragen over het vrijgeven rond islamitische feestdagen ook de moeite die sommige scholen hebben om gevoelige onderwerpen, zoals de Holocaust, aan de orde stellen. Ze sprak in dit kader tevens van cultuurrelativisme in het onderwijs en vroeg Dekker of hij ook ziet dat ‘onze Nederlandse waarden’ te grabbel worden gegooid.
Dekker verwijst in zijn antwoorden naar de recente publicatie Twee werelden, twee werkelijkheden van Margalith Kleijwegt. Die publicatie geeft volgens hem een waardevol inzicht in thema’s die moeilijk bespreekbaar kunnen zijn in de klas en de manier waarop leraren hiermee omgaan.
‘Hoewel deze rapportage zich niet meteen leent voor het vaststellen van een trend, neem ik deze en andere geluiden zeer serieus. Mochten de signalen toenemen, dan wil ik bezien of en hoe we scholen beter in positie kunnen brengen om deze ontwikkeling tegen te gaan’, aldus de staatssecretaris.