Met de inwerkingtreding van de Tijdelijke wet maatregelen COVID-19 geldt in het voortgezet onderwijs een mondkapjesplicht.
De tijdelijke wet is op 1 december in werking getreden. Deze wet bepaalt voor het onderwijs dat de corona-afspraken die al golden, worden omgezet in verplichtingen. Dit betekent dat leerlingen in het voortgezet onderwijs een mondkapje moeten dragen als ze zich buiten de les bevinden, zoals in de gangen en de aula. Deze plicht geldt niet voor het primair onderwijs.
Onderwijsminister Arie Slob meldde eerder in een brief aan de Tweede Kamer dat de mondkapjesplicht op de meeste scholen weinig verandert aan de dagelijkse praktijk, omdat veel schoolbesturen zelf al een mondkapjesplicht hadden ingesteld. Toch adviseert hij schoolteams en schoolbestuurders om de medezeggenschap ook nu goed te blijven betrekken en hierover met ouders en leerlingen in gesprek te blijven. ‘Ik vraag iedereen om elkaar met mildheid tegemoet te treden’, aldus de minister.