Het is onduidelijk waaraan het geld voor passend onderwijs wordt besteed, meldt de Algemene Rekenkamer.
In 2016 gaf het ministerie van OCW 2,4 miljard euro uit aan passend onderwijs in het primair en voortgezet onderwijs. ‘Hoewel een van de doelen van passend onderwijs was dat transparanter zou worden waaraan de gelden voor leerlingenondersteuning worden besteed, is het zicht op de besteding (…) niet verbeterd’, aldus de Algemene Rekenkamer.
Weinig informatie
Er valt volgens de rekenkamer uit de verantwoordingsstukken van de samenwerkingsverbanden passend onderwijs en schoolbesturen weinig informatie te halen over de besteding. Bovendien zijn er ‘indicaties dat de wel beschikbare informatie van onvoldoende kwaliteit is’.
Vooral horizontale verantwoording had voor meer transparantie moeten zorgen, maar dat is niet gebeurd. ‘Het intern toezicht in de meeste samenwerkingsverbanden is niet onafhankelijk: zowel in het bestuur als in het interne toezicht zijn vooral schoolbesturen vertegenwoordigd. Ook is het de vraag of de ondersteuningsplanraden (…) voldoende tegenwicht kunnen bieden.’
Zwak ontwikkeld
Ook over de interne checks and balances in de samenwerkingsverbanden is de Algemene Rekenkamer zeer kritisch: ‘al met al zwak ontwikkeld’. Dat leidt er volgens de rekenkamer toe dat schoolbesturen het instellingsbelang zwaarder kunnen laten wegen dan het belang van de leerling.
De Tweede Kamer had gevraagd om inzicht in het aantal leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte, maar dat inzicht kan volgens de Algemene Rekenkamer niet worden geboden: ‘Het zogenoemde zorgvinkje – de registratie in het Basisregister Onderwijs (BRON) van ontwikkelingsperspectieven voor leerlingen die extra ondersteuning krijgen – biedt dit inzicht onvoldoende en is onbetrouwbaar.’
Meer inzicht
De Algemene Rekenkamer vindt het belangrijk dat er op het niveau van afzonderlijke samenwerkingsverbanden meer inzicht komt in waar zij hun geld aan besteden en welke resultaten zij daarmee bereiken. ‘Er zijn namelijk signalen dat de leerlingenondersteuning nog niet overal goed loopt.’