Het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP), dat onder andere de onderwijspensioenen beheert, verkeert nog altijd in zwaar weer. Vanwege de slechte financiële positie van het fonds, stijgen de premies volgend jaar opnieuw en kunnen de pensioenen wederom niet omhoog.
De premie voor het ouderdoms- en nabestaandenpensioen stijgt van 21,1 procent nu naar 22,9 procent in 2018. In 2019 volgt opnieuw een premiestijging, zo kondigt het ABP nu al aan.
Volgens het ABP zijn de premieverhogingen nodig, omdat de pensioenen duurder zijn geworden door de lage rente en het feit dat we steeds ouder worden. De vereenvoudiging van de middelloonregeling heeft volgens het fonds ook een verhogend effect. Daarentegen zorgt de verhoging van de pensioenleeftijd naar 68 jaar voor een zekere demping.
Pensioenen niet omhoog
Het ABP meldt ook dat het vanwege de huidige financiële situatie de pensioenen in 2018 niet kan verhogen. Daarvoor was de beleidsdekkingsgraad van 100,2 procent op 31 oktober 2017 niet voldoende. Om te kunnen indexeren, moet die graad minimaal 110 procent zijn.
Het ABP verwacht dat het de komende vijf jaar ook niet of nauwelijks de pensioenen kan verhogen.