Basisscholen krijgen in het schooljaar 2018-2019 per leerling 155,55 euro extra om de werkdruk te verminderen.
Het gaat om geld dat was toegezegd in het regeerakkoord en dat in verband met hoge werkdruk die in het primair onderwijs wordt ervaren naar voren is gehaald. Dat laatste betekent dus niet dat er meer geld komt, maar dat eerder dan gepland budget beschikbaar wordt gesteld.
Hoeveel geld krijgt uw school?
De hoogte van het budget per school wordt vastgesteld op basis van het aantal leerlingen op 1 oktober voorafgaand aan het schooljaar. Hierbij wordt uitgegaan van BRIN. Nevenvestiging en hoofdlocatie worden bij elkaar opgeteld.
Voor het schooljaar 2018-2019 wordt gekeken naar het aantal leerlingen per 1 oktober 2017. Voor het schooljaar 2018-2019 is het bedrag per leerling vastgesteld op 155,55 euro. Het geld wordt verstrekt via het budget voor personeels- en arbeidsmarktbeleid.
Met dit rekeninstrument in onze online Toolbox kunt u zien hoeveel extra geld uw school krijgt om de werkdruk te verminderen.
Wat doet uw school met het extra geld?
Scholen bepalen zelf wat ze met het extra geld doen. De ene school wil mogelijk investeren in vakleerkrachten gym of muziek, onderwijsassistenten of een conciërge. Een andere school denkt bijvoorbeeld aan de inzet van betere ICT.
In het factsheet werkdruk staat welk proces elke school dient te doorlopen. Het schoolbestuur bewaakt daarbij de kaders en ondersteunt het proces.
Budget groeit
Het budget voor werkdrukvermindering neemt per 1 augustus 2021 structureel toe van 237 miljoen tot 430 miljoen euro. Hiermee stijgt het bedrag per leerling vanaf het schooljaar 2021-2022 naar circa 285 euro per leerling.
Informatie: Onderwijsjuristen, 0348-405250 van 08.30 tot 12.30 uur, onderwijsjuristen@vosabb.nl