Het kabinet kan zich goed vinden in de lijn van het initiatiefwetsvoorstel voor een doeltreffender onderwijstoezicht. Het voorstel komt van SGP-Tweede Kamerlid Roelof Bisschop, zijn D66-collega Paul van Meenen en Kamerlid Michel Rog van het CDA.
Het initiatiefwetsvoorstel benadrukt onder andere de verantwoordelijkheid van besturen, schoolleiders en leraren voor kwaliteit door het eigen schoolplan een spilpositie te geven in de kwaliteitszorg. ‘Het kabinet vindt het met de initiatiefnemers van belang dat het schoolplan een weerslag is van een levende discussie tussen bestuur, leraren, ouders en leerlingen. Zo kan het schoolplan en de uitvoering daarvan een waardevolle rol vervullen in het toezicht’, zo staat in een reactie van minister Jet Bussemaker en staatssecretaris Sander Dekker van OCW.
Over het toezicht op het bestuur merken Bussemaker en Dekker op dat het de bedoeling is ‘dat ook in het funderend onderwijs de Inspectie van het Onderwijs ten minste elke vier jaar de besturen onderzoekt tegelijkertijd met een representatief aantal van de onder een bestuur ressorterende scholen’. Op deze manier zou de verantwoordelijkheid van het bestuur beter tot zijn recht komen. ‘Het functioneren van het bestuur en in het bijzonder de kwaliteitszorg, is immers van groot belang voor de kwaliteit van het onderwijs op de scholen.’
In het initiatiefwetsvoorstel wordt verder verduidelijkt dat naast de financiële rechtmatigheid het onderzoeken van de financiële doelmatigheid en de financiële continuïteit een taak van de inspectie is. ‘Met de initiatiefnemers delen wij dat een gezonde financiële positie belangrijk is voor de toegankelijkheid en kwaliteit van het onderwijs. Daarom voert de inspectie, in het kader van het reguliere onderzoek, reeds risicoanalyses uit op de financiële continuïteit van instellingen en worden instellingen soms onder verscherpt financieel toezicht geplaatst’, aldus Bussemaker en Dekker.