Veel beginnende basisschoolleraren die werken in een grote stad, voelen een hoge werkdruk en ervaren veel stress. Dit blijkt uit onderzoek van Lisa Gaikhorst, die hierop promoveert aan de Universiteit van Amsterdam.
Gaikhorst begon haar onderwijscarrière op een kleine basisschool in de provincie Groningen en werkte later als leraar op een basisschool in de de Amsterdamse Bijlmer. ‘Op mijn dorpsschooltje in Groningen had ik hooguit twee allochtone leerlingen in de klas. In Amsterdam zat de groep vol met Surinamers en Antillianen. En daar sta je dan, als starter’, zo vertelde ze in 2010 aan het Onderwijsblad van de Algemene Onderwijsbond (AOb).
De grootstedelijke problematiek waarmee ze maken kreeg, zorgde ervoor dat ze afhaakte. ‘Ik was letterlijk ziek van frustratie. Ik wilde deze kinderen zo graag iets leren en ze helpen maar ik wist niet hoe’, zo citeert de website van de Universiteit van Amsterdam haar nu.
Naast hoge werkdruk en veel stress ondervond ze als beginnende leraar onvoldoende begeleiding en ondersteuning. ‘Uit mijn onderzoek bleek dat ik daar niet alleen in stond. De leraren die ik sprak ervoeren ook regelmatig problemen, bijvoorbeeld in het contact met ouders, zowel hoogopgeleide kritische ouders als ouders met een niet-Nederlandse achtergrond.’
Uit haar onderzoek Supporting beginning teachers in urban environments blijkt dat de problemen waar beginnende leraren op scholen in grote steden tegenaan lopen, in grote mate samenhangen met de leerlingpopulatie. Dit blijkt vooral zo te zijn op scholen met overwegend leerlingen met lage sociaal-economische en cultureel diverse achtergronden.