Onderwijsminister Dennis Wiersma gaat samenwerkingsverbanden voor passend onderwijs met bovenmatige financiële reserves korten op hun bekostiging. Dat laat hij weten in een brief aan de Tweede Kamer.
In 2020 kwam Wiersma’s voorganger Arie Slob met de Verbeteraanpak passend onderwijs en route naar inclusiever onderwijs. Daarin stond onder andere dat het geld voor de samenwerkingsverbanden daar terecht moest komen waarvoor het bedoeld is, namelijk bij leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Slob gaf daarom aan dat samenwerkingsverbanden die een bovenmatig eigen vermogen hadden, dit versneld moesten afbouwen.
In reactie daarop stelden de samenwerkingsverbanden daartoe een gezamenlijk plan op. Vervolgens meldde Slob dat hij de samenwerkingsverbanden zou gaan korten als de afbouw zou achterblijven bij de ambities in dat plan. Wiersma meldt nu dat de afbouw onvoldoende is en dat hij daarom de bekostiging gaat terugschroeven.
De minister komt met een generieke korting, maar samenwerkingsverbanden die geen bovenmatig eigen vermogen hebben, worden hiervoor gelijktijdig gecompenseerd. Hij meldt ook dat hij de komende jaren wederom een generieke korting zal toepassen als blijkt dat de samenwerkingsverbanden nog steeds te veel vermogen hebben.
Lastig begroten
De minister erkent dat er verklaringen zijn waarom vorig jaar de afbouw van het eigen vermogen van de samenwerkingsverbanden achterbleef bij het oorspronkelijke plan. Zo verstrekte hij pas op een laat moment in het jaar extra budget, waarmee de samenwerkingsverbanden in het begin van het jaar geen rekening konden houden. Dit betrof onder andere wijzigingen in de regelgeving omtrent btw-heffing bij ter beschikking stellen van personeel.
Hij begrijpt dat de samenwerkingsverbanden er in hun begroting geen rekening mee konden dat dit extra geld er zou komen, omdat het pas zo laat bekend werd. Tegelijkertijd meldt hij dat het publieke belang zwaarder weegt, namelijk dat het geld moet worden besteed aan leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte.