VOS/ABB krijgt geregeld de vraag hoe het kan dat de achterstandsscores van scholen fluctueren. Het ministerie van OCW geeft hierover uitleg in een brochure, waaraan onder andere VOS/ABB heeft meegewerkt.
De verdeling van achterstandsmiddelen is gebaseerd op de onderwijsachterstandenindicator van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De achterstanden worden berekend op basis van achtergrondkenmerken van leerlingen. Deze kenmerken zijn bij het CBS bekend, maar voor scholen niet bekend vanwege privacywetgeving.
Het bedrag dat de school voor onderwijsachterstanden krijgt, kan van jaar tot jaar verschillen. Daarvoor kunnen verschillende oorzaken zijn:
- Veranderende achtergrondkenmerken van leerlingen die in twee opeenvolgende jaren naar dezelfde school gaan.
- Leerlingenpopulatie verandert. Meestal komt dit door natuurlijk verloop: groep 8 vertrekt, groep 1 stroomt in.
- Leerlingenaantal van school kan per jaar verschillen.
In de brochure staan vier praktijkvoorbeelden om te laten zien hoe de berekening van de achterstandsscores werkt. Ook gaat de brochure in op de vraag hoe scholen kunnen omgaan met fluctuaties en de daardoor wisselende bedragen.
Download de brochure: