De beeldvorming over de gevolgen van de coronacrisis op kinderen is te negatief. De nadruk die op achterstanden ligt, doet geen recht aan de kinderen en de inspanningen van de onderwijsprofessionals. Dat staat in een manifest van de Stichting Openbaar BasisOnderwijs Duin- en Bollenstreek (OBODB).
‘Binnen onze stichting vermijden we principieel om mee te gaan in de negatieve framing dat deze generatie kinderen collectief grote achterstanden heeft opgelopen’, zo staat in het manifest. ‘Wij nemen afstand van stigmatiserende terminologieën als “Generatie C” en “Verloren generatie”, omdat wij vinden dat onze kinderen daar schromelijk mee tekort worden gedaan. Bovendien is het schadelijk voor het zelfbeeld van een hele generatie.’
Vertrouwen en veerkracht
OBODB zegt een positief tegengeluid te willen laten horen ‘waarbij wij het vertrouwen uitspreken dat kinderen enorm veerkrachtig zijn en dat wij vanuit onze professionaliteit de kinderen kunnen ondersteunen bij hun onderwijsbehoeften’. In het manifest staat ook dat achterstanden relatief zijn: ‘In dit geval gaat het om achterstanden ten opzichte van waar de kinderen in een normale situatie hadden moeten zijn met de leerstof. Maar de situatie is nu niet normaal (…)’.
Volgens OBODB kan afstandsonderwijs zich nooit meten met fysiek onderwijs vijf dagen per week op school. ‘Wij vinden dan ook dat het nu benadrukken van achterstanden geen recht doet aan de kinderen en de inspanningen van de professionals in het onderwijs. Ook gaat het voorbij aan de enorme steun van de ouders voor het goed laten verlopen van het afstandsonderwijs tijdens de twee schoolsluitingen.’