De premie van het ouderdoms- en nabestaandenpensioen van het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) stijgt in 2021 naar verwachting van 24,9% naar 26,6%. Ook voor 2022 en 2023 voorziet het ABP premieverhogingen. Het definitieve besluit over de hoogte van de premie van 2021 volgt eind november.
‘Omdat de pensioenen aanmerkelijk duurder zijn geworden door lagere verwachte beleggingsopbrengsten en een lage rente is een premiestijging noodzakelijk’, meldt het ABP, dat als grootste pensioenfonds van Nederland onder andere de onderwijspensioenen beheert. De premie voor het ouderdoms- en nabestaandenpensioen stijgt in 2021 naar verwachting van 24,9% naar 26,6%. De premie voor het arbeidsongeschiktheidspensioen gaat omhoog van 0,82% naar 0,83%. Deze premies worden door werkgevers en werknemers samen betaald (70% respectievelijk 30%).
De VPL-premie (VUT, prepensioen en levensloop) stijgt van 2,6% naar 3,1%. Hieraan gaan werknemers (weer) meebetalen (0,15 %-punt). De werknemersbijdrage voor de VPL-regeling wordt verwerkt in de premie voor het ouderdoms- en nabestaandenpensioen.