‘Alle Menschen werden Brüder, mits tot een gesprek bereid’. Deze zin van het Lurelei-cabaret uit de jaren 60 gebruikt kinderboekenschrijver Jacques Vriens om te pleiten voor de gemengde school.
In Trouw schrijft hij over de huidige commotie over achterstelling en racisme. Hij vraagt zich af wat we daaraan doen ‘zonder elkaar uit de tent te vechten’. Hier komt volgens Vriens de zin van het Lurelei-cabaret van pas, vrij naar de Ode an die Freude van de negentiende-eeuwse filosoof en dichter Friedrich Schiller die Ludwig van Beethoven gebruikte in de koorfinale van diens negende symfonie. Deze koorfinale werd later het Europese volkslied.
Volgens Vriens is de basisschool als de wereld in het klein een prima plek om te beginnen met de bestrijding van achterstelling en racisme. ‘Vanaf groep 1 kunnen we kinderen leren dat ze mét elkaar verantwoordelijk zijn voor de sfeer op school en elkaars welbevinden. Juffen en meesters helpen kinderen hun gedachten onder woorden te brengen en naar elkaar te luisteren. Natuurlijk hoeft niet iedereen het met elkaar eens te zijn, maar vooroordelen berusten op onwetendheid, daar kun je iets aan doen.’
Diversiteit en veelkleurigheid
Dit werkt volgens Vriens pas echt als kinderen met verschillende achtergronden sámen op school zitten. ‘Willen we een einde maken aan discriminatie en racisme, dan zouden gemeentes samen met schoolbesturen hierin het voortouw kunnen nemen. Niet door het dwingend op te leggen, maar door ouders ervan bewust te maken hoe belangrijk ‘gemengde scholen’ zijn voor de toekomst van hun kinderen. Die wonen straks in een land, waarin diversiteit en veelkleurigheid vanzelfsprekend zullen moeten zijn.’
Kinderboekenschrijver Jacques Vries was negentien jaar lang directeur van twee verschillende basisscholen. Eerst van openbare basisschool De Manse (nu Piet Mondriaanschool) in Abcoude en daarna van openbare basisschool De kleine kapitein in Bakel.