VVD-fractieleider Klaas Dijkhoff heeft een probleem met het huidige artikel 23 in de Grondwet over de vrijheid van onderwijs. Dat zegt hij in een interview met de Telegraaf over een discussiestuk dat hij heeft geschreven. Gert Jan Segers van de ChristenUnie reageert vandaag meteen in dagblad Trouw. Hij vindt de uitlatingen van Dijkhoff ‘buitenproportioneel.’
De vrijheid van onderwijs of religie is voor VVD’er Dijkhoff niet gelijkwaardig aan ‘fundamentele vrije, liberale waarden’, zo citeert de Telegraaf hem. Hij zegt dit in het licht van de discussie over het omstreden islamitische Cornelius Haga Lyceum in Amsterdam.
Vrijheid van onderwijs
‘Te lang hebben we gezegd: hier heb je de vrijheid van onderwijs, hier heb je de vrijheid van godsdienst; doe er iets leuks mee. Maar als sommige lieden met die vrijheden aan de haal gaan, salafistische scholen opzetten, homo’s verketteren of vrouwen onderdrukken, dan moet je ingrijpen en onze vrijheden beschermen’, aldus Dijkhoff in de Telegraaf.
Hij suggereert dat artikel 23 ondergeschikt moet worden gemaakt aan artikel 1 van de Grondwet, het antidiscriminatieartikel. ‘Partijen die huiverig zijn om er iets aan te doen, zeg ik: nu heb je nog een kans om te zorgen dat het in de praktijk weer wordt zoals het was. Als je het nu niet aanpast zul je de komende jaren anders wel eens rigoureuze stappen kunnen zien.’ De VVD’er richt zich hiermee met name op het CDA, de ChristenUnie en de SGP.
‘Misbruik van vrijheid’
In dagblad Trouw van dinsdag 23 april zegt fractieleider Gert-Jan Segers van de ChristenUnie het idee van Dijkhoff ‘buitenproportioneel’ te vinden. ‘Dijkhoff wil de vrijheid waar heel veel scholen en miljoenen mensen gebruik van maken inperken en dat is niet nodig. Onterecht ook’, aldus Segers. Hij zegt het inhoudelijk wel met Dijkhoff eens te zijn dat vrijheid moet worden verdedigd: ‘Misbruik van vrijheid moet je aanpakken. Maar op deze manier zoekt hij ruzie met de verkeerde mensen.’
Christelijke coalitiedwang
De VVD liet al veel eerder, in 2010, doorschemeren voor algemene acceptatieplicht te zijn, maar de christelijke coalitiedwang was toen te sterk om dat daadwerkelijk te regelen. De liberalen weigerden destijds een PvdA-wetsvoorstel daartoe te steunen. Daardoor was er geen meerderheid in de Tweede Kamer voor.
De weigering van de VVD had te maken met het feit dat de liberalen gingen regeren met het CDA. De christendemocraten waren (en zijn nog steeds) tegen algemene acceptatieplicht. Dat heeft te maken met de christelijke achterban. Een deel van de christelijke scholen hecht nog steeds zeer aan de wettelijke mogelijkheid om leerlingen op grond van de religieuze uitgangspunten te weigeren.
Slob ‘hogelijk verbaasd’
Toenmalig Tweede Kamerlid en de huidige ChristenUnie-onderwijsminister Arie Slob liet in 2010 weten dat hij ‘hogelijk verbaasd’ was over het wetsvoorstel voor algemene acceptatieplicht. Volgens hem gebeurt het bijna nooit dat leerlingen worden geweigerd.
Het is maar de vraag of de VVD onder leiding van Dijkhoff (die in 2010 nog niet in de Tweede Kamer zat) wel zal volhouden nu het over een modernisering van artikel 23 gaat. De liberalen zitten immers weer in een regering met het CDA en dit keer bovendien met de ChristenUnie.
De SGP sprak destijds van ‘een bom onder de vrijheid van onderwijs’ en die partij is voor de VVD vaak een laatste strohalm om dingen gedaan te krijgen. Het is een niet geheel onlogische gedachte dat de bereidheid van de SGP om de VVD te steunen, zal afnemen als de liberalen gaan hameren op modernisering van artikel 23.