In het eerste kwartaal van dit jaar zijn de cao-lonen het minst gestegen in het onderwijs, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De cao-lonen stegen in het eerste kwartaal met gemiddeld 2,2 procent. Het onderwijs zat daar met 1,4 procent onder.
Vorig jaar was het onderwijs juist koploper. ‘In 2018 stegen bijvoorbeeld de lonen van het onderwijzend personeel in de cao van het primair onderwijs meer, doordat het salarisverschil verkleind werd met docenten in het voortgezet onderwijs’, aldus het CBS.
Prijzen stijgen meer dan lonen
De statistici wijzen er verder op dat in het eerste kwartaal van dit jaar de consumentenprijzen met 2,5 procent stegen. Dat is dus meer dan de stijging van de cao-lonen, maar dit betekent niet automatisch dat werknemers er reëel in koopkracht op achteruit gaan.
‘Het nettoloon is namelijk ook afhankelijk van de veranderingen in de premies die werknemers betalen voor pensioen, sociale verzekeringen (inclusief zorg) en de loonheffing’, zo licht het CBS toe.