Laat leraren zelf het initiatief nemen om zich verder te professionaliseren. Dat adviseert Alexander Rinnooy Kan. Hij heeft op verzoek van onderwijsminister Arie Slob een verkenning uitgevoerd naar kwaliteitsverbetering van leraren.
De verkenning van Rinnooy Kan volgt op het verdwijnen van de vooral door leraren fel bekritiseerde Onderwijscoöperatie. Die zou te ver van hen hebben afgestaan, terwijl deze organisatie in beginsel van en voor leraren was.
Hij nam in zijn verkenning ook het lerarenregister mee. Dat ‘werd door veel leraren eerder ervaren als een bedreiging dan als een steun in de rug voor de professie’, zo meldt de oud-SER-voorzitter die tegenwoordig namens D66 in de Eerste Kamer zit.
Ondanks hun verzet tegen de Onderwijscoöperatie en het lerarenregister, zijn de meeste leraren volgens Rinnooy Kan wel bereid ‘om door te groeien in hun vak en zich blijvend verder te ontwikkelen’.
In dit licht adviseert hij ‘om van onderaf een nieuwe structuur te ontwikkelen’, waarbij leraren het voortouw nemen. Rinnooy Kan raadt ‘een blauwdruk vanuit Den Haag’ af.